Het ongemak van falende leerlingen en studenten

We weten heus allemaal dat we kunnen leren van de fouten die we maken. Maar hoe werkt dat eigenlijk precies? En waarom gaan we dan in 9 van de 10 gevallen toch foutvermijdend aan het werk met onze leerlingen en studenten? 

Een vrij recent onderzoek van Eckstein, Finaret en Whitenack uit 2023 benadrukt de onvermijdelijkheid van falen in het leerproces. In een wereld die voortdurend verandert en evolueert, is het onrealistisch om te verwachten dat leerlingen en studenten altijd succesvol zullen zijn in hun inspanningen. Door falen te erkennen als een natuurlijk onderdeel van leren, kunnen docenten hen helpen om veerkrachtiger en creatiever te worden in het omgaan met uitdagingen, stelt het onderzoek. Waarschijnlijk een inzicht dat menig onderwijsprofessional alleen maar kan onderschrijven. Toch weten we vaak niet precies wat de scheidslijn is tussen leren van fouten en gedemotiveerd raken of gefrustreerd raken van fouten. Want wat gebeurt er nou precies op het moment dat we een fout maken?

Fouten maken en het brein

De neurowetenschap biedt ons wat inkijk in de fysieke processen die op gang komen zodra we fouten maken. EEG-onderzoeken detecteren een negatief geladen elektrische hersenactiviteit aan de bovenkant van het hoofd op het moment dat een fout gemaakt wordt. Dit wordt door neurowetenschappers ook wel ‘error-related negativity’ (ERN) genoemd. Zodra je (onbewust) een fout detecteert, stuurt de cingulate cortex een waarschuwingssignaal naar andere delen van het brein. Dit gebeurt op enorme snelheid (binnen 100 miliseconden). Toch betekent dit niet dat je je ook zo snel bewust bent van jouw fout. Dit duurt nog minstens 200 miliseconden.

Die bewustwording ontstaat door een positief geladen hersenactiviteit, genoemd ‘error positivity’. Je brein weet dus eerder dan jijzelf wanneer je een fout hebt gemaakt. De hierop volgende ‘error positivity’ komt vaak echter niet overeen met je eigen hoop of verwachtingen. Deze schending van je eigen verwachtingen heet in de wetenschap een ‘prediction error’. Dit zorgt voor dat hevige gevoel van teleurstelling wanneer je niet zo hebt gepresteerd als je had gehoopt.

Hier wordt het interessant. Want hoe sterker de schending van verwachtingen, hoe sterker ook de door wetenschappers gemeten activiteit in het brein. Dit zit zo: dopamine wordt vrijgegeven wanneer men iets correct doet – en zich bewust is van hun juistheid. Daarentegen, wanneer fouten optreden, dalen de dopamine niveaus, maar deze daling in dopamine veroorzaakt een andere reactie, die je motiveert om je gedrag in de toekomst aan te passen of een andere strategie te gebruiken.

Fouten maken en emotie

Een slim feedbackmechanisme dus van ons brein. Toch zit er veelal sociale druk in de weg op het moment dat je een ‘prediction error’ ervaart. De teleurstelling die we daar ervaren, zorgt voor gevoelens van schaamte of boosheid. Emoties die het leerrendement van de gemaakte fout in de weg kunnen zitten. In dit artikel lees je meer over de invloed van emoties op leren van leerlingen. Naast de emoties die we zelf ervaren op het moment dat we een fout maken, zijn we veelal ook bang voor de mening of het oordeel van anderen, bijvoorbeeld omdat we gewend zijn aan het voornamelijk belonen van géén fouten maken.

We kunnen als docenten ook flink nerveus zijn voor het maken van fouten, zeker wanneer we onszelf positioneren als degene die alles weet. Onze eigen overtuigingen (wij mogen geen fouten maken, want…) hebben invloed op onze leerlingen en studenten. Het afwijzen van onszelf wanneer wij een foutje maken, geeft een voorbeeld af naar hen waarbij bevestigd wordt dat fouten maken niet oké is. Dus als we willen dat onze leerlingen en studenten leren van fouten, zullen we niet moeten meten met twee maten.

Didactiek van het falen

We kunnen niet voorkomen dat emoties opkomen bij leren en dat hoeft ook helemaal niet. Maar de manier waarop je als docent reageert en omgaat met dit soort situaties in de klas, maakt wel degelijk verschil. De leereffecten van fouten lijken immers af te hangen van hoe die fouten vervolgens worden behandeld. Recent onderzoek keek naar de relatie tussen het leereffect van fouten bij leerlingen en de didactiek van docenten. Ondanks dat alle leraren in dit onderzoek feedback gaven op de fouten die studenten maakten, stimuleerden niet alle leraren gelijke leereffecten. Enkel het geven van correcte feedback over fouten leek niet genoeg te zijn. Interactie met de leerlingen over het begrip van de fouten en waarom ze zijn opgetreden, en samenwerken om te ontdekken waarom fouten zijn gemaakt en hoe ze in de toekomst vermeden kunnen worden, lijkt de meest effectieve aanpak te zijn. 

Socratisch gesprek

Deze manier van fouten bespreken, kan ook wel gezien worden als een socratische methode. De succesvolle docenten in dit onderzoek gaven amper uitleg, maar stelden vooral vragen gefocust op werkwijze en modus van de leerling. Hierin stimuleerde de docenten interactie tussen leerlingen en liet hij de leerlingen zelf ideeën genereren voor het voorkomen van dergelijke fouten in de toekomst. De docenten die minder succesvol waren, maar desalniettemin wel aandacht besteedden aan de fouten, legden de focus op correctie en instructie ten aanzien van de fout. Er werd weinig van de leerlingen zelf gevraagd aan denkvermogen. 

Tot slot

Het onderzoek van Metcalfe et al. (2024) laat ons zien dat onze eigen gewoonten in hoe we stilstaan bij fouten en fouten bespreken in de klas, al veel effect heeft op het leerrendement. Ook leert de kennis over wat er precies gebeurt bij het maken van een fout ons, dat het normaliseren van fouten de negatieve emoties die daarbij komen kijken kan reduceren. Nog een paar tips die daarbij kunnen helpen:

  • Deel je eigen fouten: Als we verhalen waarin we falen of fouten maken nooit horen en niet delen, kunnen we onbedoeld bijdragen aan ‘survivor bias‘, wat de perceptie vertekent wanneer een focus op succesvolle resultaten wordt gelegd en onsuccesvolle gevallen worden genegeerd.
  • Geef breinles: Net zoals dat het voor ons docenten nuttig is om te weten hoe het brein werkt, geldt dat ook voor leerlingen. Neem ze mee in hoe leerbaar en flexibel ons brein is, dat geeft vertrouwen en maakt falen minder eng.
  • Normaliseer een feedbackcultuur: Zorg dat leerlingen wennen aan het geven en krijgen van informatie die hen helpt om verder te leren en beperk deze momenten niet enkel tot bij de nabespreking van een toets.
  • Zorg voor goed persoonlijk contact: Wellicht een inkoppertje om mee af te sluiten, maar wanneer het aankomt op leren van fouten geldt absoluut relatie boven prestatie.

Wil je nog meer weten over goed falen? Luister dan hier naar onze podcast.

Literatuur

Referenties:

Eckstein, L. E., Finaret, A. B., & Whitenack, L. B. (2023). Teaching the Inevitable: Embracing a Pedagogy of Failure. Teaching & Learning Inquiry, 11.

Metcalfe, J., Xu, J., Vuorre, M., Siegler, R., Wiliam, D., & Bjork, R. A. (2024). Learning from errors versus explicit instruction in preparation for a test that counts. British Journal of Educational Psychology.

Munkhammar, L. (2023). The impact of error awareness on error-related negativity: A review and meta-analysis.

Soncini, A., Matteucci, M. C., & Butera, F. (2021). Error handling in the classroom: An experimental study of teachers’ strategies to foster positive error climate. European Journal of Psychology of Education, 36(3), 719-738.

image_pdfDownload artikel

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vernieuwenderwijs

Als Vernieuwenderwijs helpen we scholen en opleidingen te komen tot krachtig onderwijs. Dit doen we door samenhangende hoogwaardige diensten en producten te bieden op het gebied van curriculumontwerp, toetsing en didactiek.

Nieuwsbrief

Elke week onze artikelen & interessante linkjes ontvangen?

Please wait...

Bedankt, je staat op onze mailinglijst!

Contact

Vernieuwenderwijs B.V.
Kerkenbos 1344
6546 BG Nijmegen

📞 Wessel: 06 194 02 982

📞 Michiel: 06 193 37 715

✉️ info@vernieuwenderwijs.nl

© 2024 · Vernieuwenderwijs