Leerling: “Mevrouw ik heb op de meerkeuze test (digitaal via quizizz) super goed gescoord! Alleen ik ben echt vet slecht in open vragen beantwoorden bij geschiedenis. Hoe kan ik dat nou het beste leren?” Docent: “Uhmm ja dat is ook lastig. Heb je al een samenvatting gemaakt?” Leerling: “Ja, maar ik ben nog steeds heel slecht in het antwoorden op open vragen. Ik weet echt niet hoe ik dat moet oefenen!”
Utopie of realiteit?
Wij dachten dat het een utopie was, totdat wij deze werkvorm tegenkwamen. Wij willen onze inzichten en ervaring graag met jullie delen. Hoe maak je voor leerlingen inzichtelijk waar ze staan ten opzichte van de lesstof zonder ze allemaal individueel feedback te geven, wat meestal veel tijd kost. Door gebruik te maken van een “good example” kan je toch veel leerlingen in korte tijd feedback geven, ook op een open vraag.
Good examples bij zaakvakken
Hoe moet je dit voor je zien? Stel je geeft een vak waarbij open vragen een structureel onderdeel zijn van je toetsen. Hoe kan je leerlingen dan laten oefenen met de vaardigheid van verklaren en onderbouwen zonder ze allemaal één voor één feedback te moeten geven?
Neem een moeilijke open vraag waarvan je weet dat leerlingen er vaak moeite mee hebben op een toets/meetmoment. Je kan deze vraag als huiswerk opgeven en ze vragen hun antwoord op bijvoorbeeld een tool zoals “padlet” in te vullen. Hierdoor wordt het voor jou als docent in een paar minuten duidelijk waar de meeste fouten zitten en waar er dus nog wat te verbeteren is. Dit kan je vooraf aan de les of aan het begin van de les snel bestuderen. Je zal zien dat je als docent snel ziet waar er veel fouten gemaakt worden en welk antwoord echt goed is.
Aan het begin van de les laat je via padlet alle antwoorden op het bord zien. Nu vraag je de klas om na te denken over 1 antwoord van een leerling. Wat is hier fout en wat is hier goed? Hoe had de leerling zijn antwoord moeten formuleren zodat het wel goed was? Geef de leerlingen bijvoorbeeld 2 minuten om de meest gemaakte fout te vinden van alle antwoorden. Je zal zien dat veel leerlingen eigenlijk helemaal geen antwoord geven op de vraag. Deze antwoorden kan je turven om aan te duiden hoe vaak dit dus fout gaat en hoeveel leerlingen hierdoor kostbare punten mislopen op hun toets. Zo wordt ook zichtbaar hoe veel leerlingen niet het voorbeeld met bijhorende uitleg geven wat bijvoorbeeld wel gevraagd werd.
Laat leerlingen deze leerinzichten voor zichzelf opschrijven en focus hierbij op wat ze de volgende keer anders/beter gaan doen met leren en op hun toets. Nu heb je in zeer korte tijd de hele klas van zinvolle feedback voorzien. Veel leerlingen hebben nu de kans gehad om te ontdekken waar er nog een verbeterslag te maken is. Als je dit vraag voor vraag en leerling voor leerling had moeten doen had het je veel meer tijd gekost.
Good examples bij wiskunde of andere betavakken
Bij wiskunde kunnen “good examples” gebruikt worden op verschillende manieren. Een hele handige manier is in combinatie met een “exit ticket”, op deze manier maak je een combinatie die jou als docent weinig tijd buiten de les om kost en waarbij je er toch voor zorgt dat er wordt geoefend door de leerlingen, waarbij je ook een overzicht krijgt van waar de klas staat en waarbij leerlingen feedback geven aan elkaar en waarbij leerlingen goede antwoordvoorbeelden en veelgemaakte fouten bespreken.
In de praktijk ziet dit er als volgt uit: De docent geeft de leerlingen aan het einde van de les een exit ticket, een opgave die zij moeten maken voordat zij de klas uitgaan. Dit zijn altijd korte opgaven waarmee leerlingen dat wat zij in die les of de laatste paar lessen hebben geleerd laten zien. Het enige werk dat jij als docent na de les hebt is het inscannen van al deze antwoorden, zodat je ze digitaal hebt en op het digibord kan laten zien. De volgende les zet de docent deze digitale antwoorden op het bord. Als docent loop je door deze antwoorden, waarbij je bij sommige (foute) antwoorden een vraag stelt aan de klas. Bij sommige antwoorden sta je wat langer stil, bij andere antwoorden ga je er wat sneller doorheen omdat we eenzelfde antwoord eigenlijk al bij een andere leerling hebben gezien.
Uiteindelijk bespreken we op deze manier hoe het goede antwoord eruitziet, maar hebben we ook de veelvoorkomende antwoorden besproken. Doordat leerlingen nu meerdere voorbeelden van het goede antwoord zien, wordt hier gebruik gemaakt van “good examples”. Hierbij geven vooral de leerlingen zelf onderling feedback, waarbij je als docent natuurlijk wel soms met vragen in de gewenste richting stuurt. Na deze bespreking geef je gelijk eenzelfde soort opdracht nog een keer, zodat alle leerlingen dat wat zij net hebben geleerd gelijk in de praktijk kunnen brengen.
Voorbeeld van drie verschillende antwoorden op een exit-ticket, welke vervolgens als “(good) examples” zijn gebruikt in de les.
Een ander voorbeeld van een manier waarop in de les gebruik gemaakt kan worden van “(good) examples” is als volgt: op het bord laat je een vraag zien die vorig jaar in de toets zat en je laat hierbij drie antwoorden van drie verschillende leerlingen zien. Kies hierbij bewust voor één helemaal goed antwoord, op deze manier maak je gebruik van een “good example” en kies twee antwoorden waarin een misconceptie duidelijk wordt. Vraag de leerlingen als eerste welk antwoord volgens hen helemaal goed is. Vervolgens vraag je wat de andere twee leerlingen volgens hen dan fout hebben gedaan, wat hebben ze niet helemaal goed begrepen? Laat de leerlingen dit eerst allemaal zelf opschrijven, zodat ze proberen dit zelf te verwoorden. Daarna bespreek je dit klassikaal om zo de misconcepties onder woorden te brengen.
Een voorbeeld van hoe het bord eruit ziet wanneer er gebruik wordt gemaakt van een voorbeeldvraag met die verschillende antwoorden (één juist, twee onjuist).
Fijne manier
Het gebruiken van “good examples” is wat mij betreft bij wiskunde een fijne manier om leerlingen duidelijk te maken waar we naar toe werken, hoe het er uiteindelijk uit moet komen te zien. Vooral wanneer het gaat om tekenen werkt het geven van “goed examples” heel goed, leerlingen zien in één opslag dat hun eigen tekening er anders uitziet dan het goede voorbeeld. Het daarnaast ook gebruiken van misconcepties in voorbeeldantwoorden zorgt ervoor dat fouten bespreekbaar worden en dat leerlingen inzicht krijgen in hoe deze fouten tot stand komen. Het zorgt ervoor dat zij weten waarop ze moeten letten wanneer ze hun eigen werk nakijken en wanneer ze zelf weer gaan oefenen.
Docent geschiedenis en levensbeschouwing, teamleider havo, alumnus master leren en innoveren. Veel bezig en praat graag over het creëren van innovatief onderwijs op het gebied van: formatief handelen, leerdoelen, betekenisvol leren, toetsbeleid, vakoverstijgend werken en leiding geven aan verandertrajecten. In alles wat ik doe vind ik het belangrijk om de koppeling te maken tussen theorie en praktijk.