Samenvatten, markeren en opnieuw lezen. Het zijn bekende manieren van leren voor veel leerlingen en studenten. Het is vaak een prettige manier van leren, maar erg effectief is het niet. Leren moet juist moeite kosten. Wat werkt dan wel? En hoe kun je daar als docent bij helpen? Dat lees je in dit artikel.
Hoe leerlingen vaak leren
Vraag aan leerlingen of studenten op welke manier zij leren en je zult zien dat dit voor een groot deel bestaat uit dezelfde manieren: een tekst herlezen, belangrijke dingen onderstrepen (markeren) en een samenvatting maken. Het zijn manieren van leren die aal prettig voelen (lees: niet te veel denkkracht kosten), maar precies om die reden ook niet effectief zijn:
Tekst herlezen
Als je de eerste keer iets leest, haal je daar nieuwe informatie uit. Maar zodra je het opnieuw leest, herken je het vooral omdat het in de korte termijn geheugen zit. Je leest het met een gevoel van ‘ik weet dit, ik weet dit’, maar je herkent het vooral. Dat betekent niet dat je het uit je hoofd leert. Je haalt niet actief informatie op en leert dus ook niet. Je houdt jezelf dus voor de gek. Dit noem je ook wel de Illusion of Fluency.
Markeren
Markeren (onderstrepen) van belangrijke zinnen in een tekst leidt niet tot een beter begrip, maar tot focus op losse feiten. Daardoor worden de grote verbanden van een verhaal minder goed begrepen. Het kan er zelfs voor zorgen dat je iets minder goed begrijpt. Wel kan je kleuren gebruiken om structuur aan te brengen in de tekst. Roze is voor het onderwerp van de tekst, geel is voor bijzaken, enzovoorts. Hierbij blijft echter staan dat het een passief proces is, en meer een voorbereiding is op het leren.
Samenvatten
Een samenvatting is een handig, maar ook een voorbereiding en geen leerproces op zichzelf. Vaak maken leerlingen een samenvatting door het boek open te leggen en de belangrijkste dingen er van (soms na markeren) op te schrijven. Concreet gaat dit vaak om begrippen en de eerste en laatste zin van een alinea. Daarbij voelt het als leren, maar ook hier haal je niet actief kennis op. Wat dan beter werkt, is het uit je hoofd opschrijven wat je weet, en daarna middels het boek de samenvatting aanvullen.
Hoe leerlingen beter kunnen leren
Zoals hierboven duidelijk wordt, is leren een actief proces: kennis ophalen uit – en tevens weer sterker toevoegen aan – je langetermijngeheugen, naar je werkgeheugen. Dit staat ook wel bekend als retrieval practice. Het werkt vooral als je iets bijna bent vergeten: leren is vergeten. Naarmate je dit vaker doet onthoud je het vervolgens beter (zie ook: de Vergeetcurve), wat je spaced practice noemt. Zie ook de afbeelding hieronder ter illustratie van het geheugen en herinneren (Surma et al. 2019):
Het is dus belangrijk om leerlingen vooral zelf te laten nadenken: zij moeten immers hun kennis vormen. Op welke manier kun je daar bij helpen als docent? Hieronder enkele tips voor in de les:
Leg het uit aan leerlingen
Leg leerlingen uit waarom samenvatten, opnieuw lezen en markeren niet effectief is: geef hen inzichten in hoe het brein werkt. Dan snappen zij waarom een andere manier van leren vaak beter is.
Werk met leerstrategieën
Wees een voorbeeld (model), door lessen zo in te richten dat je leerlingen regelmatig, gespreid en afwisselend kennis laat ophalen (retrieval practice, spaced practice en interleaved practice: zie ook leerstrategieën). Op die manier leren leerlingen wat leren is en kunnen zij het ook zelf toepassen.
Laat leerlingen actief verwerken
Gebruik werkvormen zoals het maken van een concept map om leerlingen actief te laten nadenken wat de verbanden tussen verschillende begrippen of concept zijn.
Laat huiswerk nuttig zijn
In hoeverre is het huiswerk dat je geeft nuttig, oftewel een actief proces? Soms gaat huiswerk over het maken van opdrachten op basis van een tekst, waarbij het meer over begrijpend lezen dan actief leren gaat. Het is dan nuttiger om iedere les middels een korte quiz informatie terug te halen. Denk kritisch na over het huiswerk dat je geeft.
Gebruik de feedbacklegenda
Geef bij een toets geen geschreven feedback, maar zet een stip bij de antwoorden. Vervolgens moeten leerlingen met behulp van een feedbacklegenda, zelf nadenken over wat er mist, niet duidelijk omschreven is, etc. in plaats van simpelweg de geschreven feedback op te volgen (die vaak niet eens wordt gelezen bij een voldoende!).
Heb je nog andere ideeën? Laat dan gerust een reactie achter onder dit artikel, we lezen het graag 🙂
Wil je meer tips om te (helpen met) leren? Ga dan naar Leer.tips. Onze wetenschappelijke kennisbank met tips, downloads, boekentips en meer gericht op effectief (helpen met) leren.
Mede-oprichter van Vernieuwenderwijs. Daarvoor onderwijskundige in het hoger onderwijs en leraar geschiedenis en maatschappijleer in het voortgezet onderwijs. Praat graag over en is graag bezig met: didactiek, curriculumontwerp, toetsing, leren leren en veranderkunde. Actieve ontwikkelaar, onderzoeker en spreker.