In het onderwijs ligt de focus op het leren van leerlingen en studenten. Maar hoe organiseer je het leren van docenten in de school?
Je kan een professionaliseringsactiviteit de school inhalen. Echter, we weten uit onderzoek dat eenmalige activiteiten, zoals een workshop of lezing, vaak niet erg effectief zijn (Van Veen et al., 2010). Ook blijkt uit onderzoek dat een training op locatie vaak tot weinig verandering leidt in de lespraktijk van docenten. (Borman, in Fullan, Hill & Crévola, 2006) Wat werkt dan wel? Docenten kunnen gestimuleerd worden om individueel aan de slag te gaan met professionaliseren, maar het is beter om in te zetten op teamleren.
Teamleren
Teamleren is gebaseerd op alignment, wat zowel uitlijnen als richten betekent. Door teamleren worden docenten zich bewust van elkaar, van elkaars doelen en van elkaars ideeën over onderwijs. Hierdoor heeft teamleren de eigenschap om een team van docenten te verbinden zodat zij functioneren als een geheel.
Een van de meest effectieve activiteiten die lerende teams kunnen ondernemen is de dialoog. Hiermee wordt bedoeld dat docenten doorlopend samen in gesprek zijn en elkaar bevragen over alledaagse en vanzelfsprekende ervaringen (William Isaacs, 1999). Door deze gesprekken ontstaat een scherper beeld van de context waarin de ervaringen met leerlingen en studenten plaatsvinden. Ook leren docenten om samen uitdagingen te analyseren en nieuwe kennis te vergaren. Hierdoor ontstaat er een collectieve neus voor oplossingen.
Een manier om een dialoog in een team te organiseren is het organiseren van lesbezoeken. Hier zijn een aantal methodes voor, zoals Lesson Study (Stepanek et al., 2007), Instructional Rounds (City et al., 2011) en Lab Class van Lisa Cranston. In dit artikel leggen we de methode Lab Class uit.
Observeren en leren
De methode is bedacht om de elementen van lerende teams te combineren met doelgerichte lesobservaties en het analyseren van het werk van leerlingen. Bij Lab Class observeren leraren leerlingen vanuit een positieve houding. Daarbij concentreren zij zich op de leersterkten van de leerlingen en de pedagogische en didactische handelingen van de leraar die daar op inspelen. Observaties richten zich namelijk op drie tot vier bewust gekozen ‘marker students’. Dit zijn leerlingen (of studenten) die, zonder een aanwijsbare reden, zich in een mindere mate ontwikkelen dan passend bij hun capaciteiten. De docenten die deelnemen aan Lab Class onderzoeken door observaties van elkaars lessen. Dit heeft impact op het leren van deze leerlingen en docenten gebruiken deze ervaringen om studie en onderzoek te doen voor hun eigen ontwikkeling.
Lab Class kan een paar maanden beslaan, waarin verschillende rondes van lesbezoeken worden gedaan. Het kan ook het hele jaar plaatsvinden en worden opgenomen in een structuur gericht op teamleren en professionele ontwikkeling. Het sterke aan Lab Class is dat het niet alleen in de school georganiseerd kan worden, maar ook schooloverstijgend ingezet kan worden. Dit laatste is interessant omdat het ervoor zorgt dat ideeën en keuzes die leiden tot goed onderwijs zich gaan bewegen langs de verschillende scholen in het netwerk. (Stoll, 2009)
Een Lab Class ronde
Hieronder beschrijven wij kort hoe een Lab Class ronde eruitziet. Wil je meer details en inzichten dan raden wij je aan om het boek Lab Class te lezen, waarin wordt elk onderdeel uitgebreid beschreven en voorzien van voorbeelden.
Het team
Vorm een team met docenten die allemaal lesgeven aan een klas of lesgroep waarin voor een groot deel dezelfde leerlingen zitten. Het is belangrijk dat alle docenten in de school hiervoor worden uitgenodigd. Er moet een keuze zijn om deel te nemen (Senge, 2012). Het is aan te bevelen om de groep in het begin klein te houden, denk hierbij aan 3 tot 4 leerkrachten.
Startbijeenkomst
In de eerste bijeenkomst wordt er, onder leiding van een organisator, een nog vrij breed aandachtspunt gekozen. Denk bijvoorbeeld aan de motivatie van leerlingen bij de les, zelfregulatie of het ontvangen en verwerken van feedback. Belangrijk is dat er voor alle docenten, ondanks dat zij verschillende vakken geven, een ingangspunt is. Vervolgens worden er stappen gezet om de focus te versmallen, om uiteindelijk uit te komen bij een of meerdere onderzoeksvragen.
Tijdens de eerste bijeenkomst wordt er ook geoefend met het beschrijven van een observatie. Het is namelijk ontzettend moeilijk om een objectieve beschrijving te maken van een waarneming (City et al., 2011). Door dit samen te oefenen, bijvoorbeeld door een filmpje of een aantal foto’s te observeren en te beschrijven, zorg je ervoor dat iedereen in het team vaardig wordt in het objectief schrijven zodat tijdens de lesbezoeken iedereen op dezelfde manier de observaties beschrijft.
Als laatste onderdeel van de startbijeenkomst worden de lesbezoeken gepland (elke docent is een keer gastheer of gastvrouw) en worden er afspraken gemaakt. Dit is ook het moment waarop wordt besproken welke specifieke leerlingen geobserveerd gaan worden. Lab Class biedt downloadbare templates aan voor de verschillende stappen in deze bijeenkomst. Een aantal van deze templates zullen wij vertalen en binnenkort op de website van Vernieuwenderwijs plaatsen.
Het eerste lesbezoek
Het team komt voor de les nog even kort bij elkaar om samen de onderzoeksvraag en de afspraken door te nemen. Tijdens het lesbezoek maken de docenten aantekeningen waarbij zij zo objectief mogelijk de gesprekken, de handeling en het werk van de aangewezen leerlingen beschrijven.
Na het lesbezoek
Na het lesbezoek komen de docenten en de organisator samen en werken de docenten hun aantekeningen uit. Elke docent beoordeelt de kwaliteit van zijn of haar observaties en selecteert drie tot vijf observaties van sterke punten en leerwinst op kaartjes of memoblaadjes. Vervolgens worden de keuzes van alle docenten naast elkaar gelegd en gecategoriseerd. Zo wordt zichtbaar wat het team samen heeft gezien en is het vrij eenvoudig om aan te wijzen waar dezelfde impact is waargenomen.
Docenten gaan hierover in gesprek en onderzoeken wat mogelijk de oorzaak geweest kan zijn van de positieve impact op het leren van de leerlingen. Er kan bijvoorbeeld gesproken worden over de condities in de les, zoals routines en structuur, de organisatie van materialen of bepaalde strategieën die werden gebruikt. Als laatste gaan de leerkrachten met elkaar in gesprek over wat de uitkomst van deze analyse betekent voor hun eigen lespraktijk. Wat zijn stappen die iedereen in het team wenst te gaan zetten en welke vorm van professionalisering is daarvoor nodig?
Logboek
Als afronding van een Lab Class ronde maken alle docenten een verslag in een eigen logboek waarin zij de observaties en reflecties vastleggen.
Afronding
Als alle lesbezoeken hebben plaatsgevonden komt het team nog een keer bij elkaar en wordt er gereflecteerd op de stappen die iedereen heeft gezet, wat er geleerd is en hoe en met wie zij deze kennis en inzichten willen delen.
Zoals elke methode voor lesbezoeken vraagt ook Lab Class om een goede voorbereiding en organisatie. De schoolleider speelt hierin een belangrijke rol. Er dienen condities gecreëerd te worden die teamleren ondersteund en die kansen creëert voor institutioneel leren. Daarnaast moeten docenten ook voldoende tijd krijgen om gewenste stappen te kunnen maken en de middelen om de daarvoor noodzakelijke professionalisering te kunnen organiseren. (Reich, 2023 )
Cranston, L. (2019). Lab Class – Professional Learning through collaborative inquiry and student observation. Corwin. Thousand Oaks, California.
Senge, P. (2012). Schools that learn. Crown Business. New York.
Stepnek, J. (2007). Leading Lessons Study. Corwin.
Reich, J. (2023). Iterate – The secret to innovation in schools. Jossey-Bass. San Francisco, California.
Ruim 20 jaar docent Kunst en Cultuur in het voortgezet onderwijs. Houdt zich voornamelijk bezig met visie, succesvol veranderen, kwaliteitsontwikkeling en formatief handelen Onderwijsadviseur en trainer bij Vernieuwenderwijs.