Hoeveel werkvormen heb je nodig? Er zijn er ontzettend veel te vinden, maar uiteindelijk zijn het vaak variaties op hetzelfde thema. Je kunt daarbij stellen dat er 5 ‘basis-werkvormen’ zijn, die helpen om leerlingen samen te laten leren. In de klas gebruik je dit als docent waarschijnlijk regelmatig, maar hoe doe je dat nu online? In dit artikel ‘vertalen’ we de werkvormen naar een praktische online versie.
De top 5
Denken-delen-uitwisselen, Check in duo’s, Expertgroepen, het 3 stappen interview en genummerde hoofden. Het rijtje ken je misschien vanuit de opleiding of een boek over onderwijs. Hoe dan ook: het zijn de 5 werkvormen die leerlingen stimuleren om actief en samen te leren. En laat de woorden ‘actief’ en ‘samen’ nu net twee dingen zijn die gemist worden wanneer er op afstand lesgegeven wordt!
Met een beetje organisatie en planning kunnen deze werkvormen ook online ingezet worden. Dit kan met Microsoft Teams, Google Hangouts Meet en/of Zoom. Daarbij wordt wel uitgegaan van een aantal basisvaardigheden als docent:
- Je kunt de camera’s en microfoons van de leerlingen aan en uit zetten
- Je kunt de chat gebruiken naast het video-gesprek
- Je kunt breakout-rooms maken en gebruiken. (Uitleg: Teams , Meet , Zoom )
- Je gebruikt Google Drive of Office 365 en kunt online samenwerken in documenten
Kun je dit als docent? Dan kun je aan de slag met de werkvormen!
Denken-delen-uitwisselen
Deze werkvorm kun je inzetten op elk moment waar je een complexe vraag stelt. De kern is eenvoudig: je stelt een vraag, leerlingen denken na, bespreken dit in twee of drietallen en vervolgens vraag je als docent een willekeurige leerling het antwoord. Zo heeft iedereen nagedacht over de vraag en worden antwoorden samen besproken.
Online pak je dit als volgt aan:
- Bedenk de twee of drietallen van tevoren, en maak eenzelfde hoeveelheid aan break-out rooms.
- Bedenk welke vraag/vragen je de leerlingen gaat stellen.
- Introduceer de werkvorm aan de hele klas.
- Stel de vraag/vragen
- Deel de leerlingen in, en verdeel ze over de breakout-rooms
- Na de afgesproken tijd komen de leerlingen weer terug en kies je een aantal willekeurige leerlingen om het antwoord te bespreken.
Tip: Probeer een complexe vraag te stellen waarop meerdere antwoorden mogelijk zijn. Hierdoor activeer je bij elke leerling het denken.
Check-in-duo’s
Deze werkvorm is handig om ‘eenvoudige’ vragen te controleren. Hierbij gaat het om vragen of opdrachten waarbij maar 1 oplossing mogelijk is. Hierdoor kun je snel samen met de klas opdrachten controleren en ontdekken waar de leerlingen moeite mee hebben. Leerlingen maken het werk eerst individueel, daarna vergelijken ze het in tweetallen. Hierbij moeten ze samen de juiste oplossing kiezen. Eventueel kan er nog een uitwisseling plaatsvinden en vervolgens ook nog een check in de klas.
Online pak je dit als volgt aan:
- Maak breakout rooms voor het aantal tweetallen uit de klas
- Geef een opdracht gericht op beheersing: er moeten duidelijk, eenduidige antwoorden uitkomen. Deze opdracht kan ook als huiswerk.
- Wanneer leerlingen de opdracht gemaakt hebben verdeel je de leerlingen in tweetallen en vervolgens over de verschillende breakout rooms
- De leerlingen bespreken in tweetallen de antwoorden en kiezen het juiste antwoord
- Na de afgesproken tijd keren leerlingen terug. De tweetallen zetten in de chat bij welke vragen er verschillende antwoorden waren. Het gaat alleen om het nummer van de vraag, niet over het antwoord.
- Samen met de klas bespreek je de vragen die in de chat zijn gezet. Wijs leerlingen aan om het antwoord te geven, zodat iedereen actief meedoet.
Tip: Deze werkvorm werkt goed voor vragen die op beheersing gericht zijn. Denk aan oefensommen, meerkeuzevragen of spelling opdrachten.
Genummerde hoofden
Deze werkvorm is gericht op het snel verwerken van opdrachten die meer tijd kosten. Denk aan opdrachten waarbij veel tekst komt kijken, zoals het samenvatten van een hoofdstuk. Het basisidee is eenvoudig: 4 weten meer dan 1. Een groepje van 4 krijgt een grote opdracht en elk groepslid heeft een nummer (1 t/m 4). De opdracht moet binnen een bepaalde tijd af, waarbij er dus samengewerkt moet worden. In de nabespreken kiest de docent willekeurig een nummer per groepje, deze leerling moet de uitleg kunnen geven van de opdracht.
Online pak je dit als volgt aan:
- Verdeel de klas in groepjes van 4, en maak eenzelfde hoeveelheid breakout rooms aan.
- Leg de opdracht uit, en geef een duidelijke tijd aan (idealiter tussen de 10 en 30 minuten). Maak duidelijk dat hoe de taken ook verdeeld worden: ieder groepslid moet het hele antwoord kunnen geven.
- De groepjes gaan in de breakout rooms aan het werk. (Als docent kun je eventueel ‘digitaal rondwandelen’ en de breakout rooms bezoeken)
- Na de gestelde tijd komen de groepjes terug. De docent kiest willekeurig een nummer uit per groepje om het antwoord te bespreken.
Tip: Bij deze werkvorm kun je er ook voor kiezen om verschillende rollen te koppelen aan de nummers. Zo kun je hier ook nog op reflecteren. Het is daarmee een goede werkvorm voor meer samenwerking en complexere opdrachten.
Experts
Deze werkvorm past goed bij het herhalen van complexere of uitgebreide inhoud. Bijvoorbeeld bij het herhalen van een hoofdstuk. Als docent verdeel je de materie in maximaal 5 gelijke delen, en maak je groepen met evenveel leerlingen. Elke leerling bestudeert een deel en presenteert dit aan de andere leden van de groep. Alle leerlingen moeten uiteindelijk alles kennen.
Online pak je dit als volgt aan:
- Verdeel de stof in verschillende delen, en maak groepjes met net zoveel leerlingen. Dit zijn de basisgroepen, waarin elke leerling een nummer heeft (zo veel als de delen van de materie).
- Maak zoveel breakout rooms als groepjes
- Bespreek de vraag of de materie die de leerlingen moeten beantwoorden.
- Geef leerlingen eerst de tijd om individueel expert te worden
- Zet de leerlingen na een bepaalde tijd in de expertgroepen: alle nummer 1’s bij elkaar, enz.
- Wissel de groepen van de experts naar de basisgroepen: nu zitten er in elke breakout room alle nummers.
- De leerlingen presenteren de expert-inhoud aan elkaar
- Wanneer alles gepresenteerd is komen de leerlingen terug. Als docent vraag je willekeurig aan leerlingen over wat ze bestudeerd hebben. Alle leerlingen moeten alles kennen (en daar is iedereen verantwoordelijk voor!)
Tip: Deze werkvorm kan ook asynchroon: het huiswerk is dan om het toegewezen deel te bestuderen, en daarna dit met een groepje uit te wisselen. Ook kun je het presenteren klassikaal doen: de groepjes 1 bereiden een presentatie voor, de groepjes 2, enz.
Drie-stappen-interview
De bovenstaande werkvormen gaan erg over opdrachten maken en vragen oplossen. De drie-stappen-interview is een vorm die goed past bij reflectie, visie of meningen van leerlingen. Leerlingen interviewen elkaar en vatten samen. Zo wordt goed luisteren gestimuleerd, net als het stellen van goede vragen.
Online pak je dit als volgt aan:
- Verdeel de klas in groepjes van 4, en maak het dubbele aantal breakout rooms aan.
- Leg de centrale vraag/opdracht uit en de manier van werken. Nummer de leerlingen in elk groepje.
- De leerlingen interviewen elkaar in de breakout rooms. Nummer 1 interviewt nummer 2, en nummer 3 interviewt nummer 4. Daarna wisselen de rollen.
- Nummer 1 en 2 komen samen met nummer 3 en 4 en bespreken van elkaar wat ze gehoord hebben.
- De groepsleden komen terug en de docent licht er nog een aantal voorbeelden uit.
Tip: De samenvatting aan elkaar bij stap 4 is in het begin lastig, en kan ook eerst klassikaal gebeuren. Je kunt er ook voor kiezen om de groepjes groter te maken: nummer 1 interviewt dan nummer 2, waarbij nummer 3 en 4 luisteren.
Met bovenstaande werkvormen kun je lessen op afstand een stuk interactiever maken. Hierbij ga je verder dan alleen het geven van instructie of het overdragen van informatie: je zet leerlingen aan om actief samen te werken. Juist online is dit iets wat lastiger is. Maar met een goede voorbereiding en planning kun je zo zorgen voor interactie en veel uitdagendere lessen.
Docent, onderwijsontwerper & maker. Altijd veel ideeën, en op zoek naar de verbinding tussen leren, creativiteit en technologie. Onderwijs kan altijd beter, maar mag ook zeker leuker! Mede-oprichter van Vernieuwenderwijs.
Het is inderdaad niet makkelijk om kinderen goed bezig te houden, terwijl er zoveel afleidingen aanwezig zijn. Ik vind het prima dat je deze tips en suggesties deelt. Nu heb ik enkele ideetjes gekregen om mijn werkwijze aan te passen. Dank je hiervoor.